Zomer 2018/1: Gelijk

‘Ik ben Nathan,’ zei de buurman. Hij stak Jasmijn een elleboog toe want zijn hand bloedde. Met het oestermes had hij in zijn hand gehakt. Aan zijn andere hand zat een beschermingskapje met oesterresten. Twee dozen oesters had hij meegebracht. Hij was al een tijdje bezig en moe aan het worden.

Jasmijn tikte zijn elleboog aan. Ze keek naar de wond in de muis van zijn hand. ‘Ik ben Jasmijn,’ zei ze. ‘Ik ga een pleister voor je pakken!’ Ze rende naar de badkamer.

Nora hoorde de volledige inhoud uit het medicijnkastje kletteren. Alle kasten in huis zaten volgepropt met opgeraapte rommel. Grondig opruimen en uitmesten stelde Nora uit.

‘Maham,’ schreeuwde Jasmijn.

Nora stond op. Ze had onbeperkt oesters leeg zitten lurken op het balkon. Het was vrijdagavond, ze dronken witbier. Een beflapje had ze het beschermingskapje genoemd, een slechte grap.

‘Heb je een grote pan,’ vroeg Nathan. ‘Voor het afval?’

Ze scheerde achter hem langs in de keuken en knielde voor de keukenkastjes. ‘Kun je even aan de kant gaan?’ vroeg ze.

Links achterin stond de grote pan, achter de weegschaal, de gootsteenontstopper, een vaas in een vaas, lege flessen met statiegeld en wijnflessen zonder statiegeld. Ze laadde het kastje uit.

‘Maham!’ schreeuwde Jasmijn.

‘Pak de pleisters gewoon!’ schreeuwde ze terug.

‘Help haar maar,’ zei Nathan.

Haar knieën kraakten bij het opstaan. Ze reikte hem de pan aan en stapte over de rotzooi op de vloer.

‘Ik vind hem aardig,’ fluisterde Jasmijn in de badkamer. ‘Ik lust alleen geen oesters.’

‘Het valt mee,’ zei Nora. ‘Ze smaken naar zee.’

‘Jij vindt hem ook leuk, je kijkt anders,’ zei Jasmijn

‘Hoe kijk ik dan?’ Nora keek in de spiegel.

‘Je kijkt geïnteresseerd,’ zei Jasmijn. ‘Niet zo afgeleid als normaal.’

Nora werkte haar lippenstift bij.

‘En je krult je lippen.’ Jasmijn pakte de pleisters van de grond. ‘Maar dat doe je ook in de tram.’

‘Ik zal erop letten,’ beloofde Nora.

Nathan had twee soorten oesters, met uitjes of met Tabasco. Jasmijn had een pleister op zijn wond geplakt.

‘Wow,’ riep ze eenmaal uit de verpleegstersrol, ‘oesters smaken naar vakantie!’ Ze lustte ze rauw.

‘Nathan is een Argentijn,’ zei Nora. Volstrekt onnodig zocht ze naar een Latijns-Amerikaanse link tussen hem en haar dochter.

‘Dat heb je al verteld, mam,’ zei Jasmijn. Onder de tafel trapte ze tegen haar moeders been. ‘Blijf je er wel een beetje bij?’

Jasmijn leerde Nathan schaken toen de oesters op waren. Opa Leendert had het haar geleerd. Nora haakte haar voet achter Nathan zijn voet, haar hand rustte in haar dochters schoot. Ze werd rustig en sereen van de twee slimmeriken om haar heen. Nathan pikte het spel snel op, ze speelden gelijk.

Het witbier was op. In de keuken hing Jasmijn met haar hoofd in de keukenkastjes op zoek naar bier.

‘Ik heb thuis nog een lekkere Chileen liggen,’ zei Nathan.

‘Gaan we naar jou?’ vroeg Nora. ‘Ga anders de fles halen, of wat wil je precies?’

‘Dat je bij mij blijft slapen,’ fluisterde hij.

 

(Elke woensdagmiddag een nieuw avontuur, rond de klok van twaalf uur.)

 

LEZEN IS GRATIS, LIKEN OOK!