Winter 2018/1: Groeidocument

Het boeket was niet van een bekende, het kwam van Ziggo. Ziggo bedankte haar voor de opvang van de verongelukte monteur. Ze had er niets over gezegd tegen de tweede monteur die op dat moment aanwezig was in haar woning. Hij verkocht haar een digitale kabel. Nora had hem een beetje weggekeken en zijn demonstratie over digitale televisie afgebroken. In haar bed wachtten een koude kruik en een oude krant. Ze wilde weer liggen.

Na de kerstvakantie hervatte ze haar werk. Op een verroeste Batavus, een afdankertje van haar moeder, fietste ze heen en weer naar de Watergraafsmeer. Als ze  stevig doortrapte, trapte de fiets door. In een lichtere versnelling kwam ze niet vooruit. Iedereen haalde haar in. Zelfs toeristen waaraan Nora kon zien dat ze nooit fietsten. Haar Cortina was gestolen op het Centraal Station. Echt rouwig was ze er niet om. De fiets was vier jaar bij haar gebleven, daar was ze dankbaar voor.

Op de Humanistiche Mavo kieperden men kruiwagens vragen leeg in haar kantoor. Leerkrachten wilden een oplossing voor probleemleerlingen. Ouders wilden als oplossing gebruikmaken van potjes geld. Als opvoedadviseur kon Nora bij de potjes. Ze voelde zich een wandelende agenda. Om het juiste potje te bepalen moesten gescheiden ouders om tafel met een jeugdpsycholoog. Vijftig mailtjes gingen soms aan de afspraak vooraf. De ouders waren druk met nieuwe levens. Ze reageerden verontwaardigd op de toegezonden mailtjes met opties. De moeder had een pasgeboren baby en geen oppas overdag. De vader ging op vakantie met zijn nieuwe gezin. Waarom kon het niet eerder?

Carola Hagesteijn bestookte haar met mail over de Sociale Vaardigheidstraining. Nora moest elke week een regeltje schrijven in een groeidocument, een regeltje over de doelen van de acht deelnemende kinderen, tien trainingen lang. Zo zou er een persoonlijk tekstje ontstaan op het certificaat. Carola controleerde de regeltjes. Nora had het twee trainingen volgehouden. Zonder groeidocument kon ze ook een persoonlijk tekstjes produceren, had ze tegen Carola gezegd. Carola had gevraagd wie haar leidinggevende was en een gesprek gepland. Aan de afspraak waren geen vijftig mailtjes voorafgegaan.

In de derde werkweek wentelde Nora zich in winterkwalen. Herpes was de meest zichtbare. Rechtsonder haar mond ontstond een zanderige eilandengroep. Op haar krakfiets zwoegde ze tegen de wind in naar huis. Tranende ogen weekten de verse korst van haar koortslip. Ze likte het bloed weg. Beboet en bebloed zou ze morgen op het gesprek verschijnen.

‘Mam!’ gilde Jasmijn thuis vanonder de douche. ‘De tv doet het alweer niet!’

Nora liep de badkamer in met haar jas aan. In de spiegel bekeek ze haar mond. ‘Dat wil ik nu niet horen,’ zei ze. ‘Is er ook goed nieuws?’

‘Ik had een vijf voor mijn werkhouding Duits!’ riep Jasmijn. ‘Ik sta weer een vier!’

‘Wat goed!’ Nora trok het douchegordijn opzij. ‘Kus!’

‘Je mond is smerig!’

‘Kussen met het douchegordijn ertussen!’ Nora plantte haar gezicht in het plastic en tuitte haar lippen.

Ze voelde haar dochters mond op de hare. Een heel klein kusje kon er maar vanaf.

 

(Iedere woensdagmiddag een nieuw avontuur, rond de klok van twaalf uur.)

 

LEZEN IS GRATIS, LIKEN OOK!