Winter 2017/7: North Face

De verbalisant werd gebeld op zijn diensttelefoon. ‘Deze moet ik even nemen,’ zei hij.

‘Wat ben jij aan het doen?’ hoorde Nora een man vragen.

‘Ik doe de aangifte die ingepland stond,’ zei de verbalisant. Hij klikte een paar keer duidelijk hoorbaar op zijn muis.

‘Er wachten nog meer mensen,’ zei de man. ‘Waarom duurt het zo lang? Waar gaat die aangifte over?’

‘Over een gestolen telefoon.’ De verbalisant verontschuldigde zich en liep het kamertje uit.

Nora las alles wat op het prikbord hing, de affiches van Roze in Blauw en Burgernet las ze meerdere malen.

‘Wat duurt het lang,’ zuchtte Jasmijn. Ongedurig draaide ze het lege doosje van de verdwenen iPhone in het rond.

De deur ging weer open. ‘Het smoelenboek doen we later,’ zei de verbalisant. ‘En alleen als de buurvrouw hetzelfde signalement doorgeeft.’ Hij klikte weer op zijn muis. ‘Ik snap het nieuwe systeem niet, ik ga even met het oude verder.’

Jasmijn had goed opgelet tijdens de achtervolging van de dief. Tot in detail beschreef ze zijn outfit, van de Vans gympen tot het North Face jack, een jas die Willem Holleeder op de kaart had gezet. Het type capuchon van de jas maakte het gebruik van een bivakmuts overbodig.

Vluchtig las Nora de aangifte door die de verbalisant uitgeprint had. Hij had tien keer ‘vervolgens’ geschreven in een alinea. Synoniemen-net zat ook nog niet in zijn systeem. Jasmijn moest de aangifte drie keer ondertekenen. Toen stonden ze weer buiten.

Het regende nog steeds en het was al donker. Jasmijn kroop achterop de bagagedrager onder de poncho en omklemde haar moeder. Het fietslampje was van het stuur gestolen. Gelukkig was er geen blauw op straat te bekennen.

Onderweg speurde Nora naar haakneuzen en pizzadozen. Ze was op zoek naar de dief. Bij jeugdzorg had ze zich jarenlang opgeworpen als de beschermheilige van jeugdige veelplegers. Nu was haar begrip voor de veelpleger op. Zelfs beroepsmatig een beetje begrip opbrengen, zat er niet meer in. Bang keek ze om zich heen voor ze de sleutel in het slot van haar voordeur stak.

Thuis raakte ze overstuur, wat ook kwam door de wijn van de vorige avond. Behalve het glazuur van haar tanden had de wijn het vermogen om te relativeren aangetast.

Jasmijn raakte veel kwijt. Bijna wekelijks hing Nora aan de telefoon met de NS, ING of Tele2, om passen te blokkeren en de schade te beperken. Haar dochter was een brokkenpiloot. Nora voelde zich vaak een soort safety manager. Geld voor een nieuwe iPhone had ze niet. Het abonnement liep nog twee jaar door. Waarom stond ze overal alleen voor?

‘Wie heeft er een oude iPhone over voor mijn dochter?’ klonk haar noodkreet op Facebook.

De verlossing kwam uit onverwachte hoek. ‘Ik heb er een met een barst die je kunt laten maken,’ mailde Arman, de jongen die haar eenmalig beminde op nieuwjaarsdag, of eigenlijk was het de dag na de after van het feest op nieuwjaarsdag.

‘Wanneer kan ik hem langs komen brengen?’ vroeg hij.

 

(Elke woensdagavond een nieuw avontuur, rond de klok van acht uur.)