Voorjaar 2017/6: Schaamlipcorrectie

In Berlijn deed Jasmijn de nodige ontboezemingen. Vergeleken met Nora was ze een mellow puber. Nora dronk jenever op haar dertiende en klom uit het raam om jongens te ontmoeten. Jasmijn had verteld over een verkering die anderhalve week duurde. Aan intimiteit was ze niet toe. Vriendschap vond ze belangrijker.

In de trein terug naar huis omarmde Nora haar dochters puberteit. Jasmijn had een met-de-hak-over-de-Havo-mentaliteit, een iPhone-verslaving en een smackhole als slaapkamer. Als het hierbij bleef, mocht ze haar handen dichtknijpen.

Na de meivakantie pakte Nora de rijlessen weer op. Een rijbewijs opende deuren naar nieuwe hobby’s. Naar avontuurlijke vakanties en een roadtrip langs de Pan-Americana. Of gewoon naar de Veluwe om haar ouders te bezoeken. Een kleine speler zou ze vanaf nu voorgoed blijven. Maar dan wel een met een rijbewijs.

Volgens de rijinstructrice had ze veertig lesuren nodig omdat ze in de veertig was. Ze waren over de helft. Nora kon schakelen tot de derde versnelling.

Op de warmste maandag in mei sinds 1976 blokkeerde Nora het fietspad met de lesauto. Achter haar werd getoeterd.

‘Als je haast hebt, moet je een helikopter huren!’ schreeuwde de rijinstructrice uit het open raam.

Nora keek naar twee Marokkaanse moeders die overstaken.

‘Rem loslaten en koppeling laaghouden,’ zei de rijinstructrice. ‘Die Marokkanen mag je dood rijden.’ De rijinstructrice was Turks.

Er  wapperde een blauwe zomerjurk voorbij. In de lucht dwarrelde bloesem. Haar voeten moesten iets doen met de pedalen. Maar wat. En wanneer? Nora kon best rijden, alleen niet in het verkeer.

‘Je blokkeert,’ zei de rijinstructrice. ‘En niet alleen het fietspad, je blokkeert jezelf. Het komt niet binnen wat ik zeg.’

‘Ik heb bètablokkers genomen,’ zei Nora. Aan de overkant zag ze de vader van een veelpleger. Wat was daar ook alweer mee? Oh ja, zijn zoon had een buschauffeur overvallen.

‘Bètablokkers?’ vroeg de rijinstructrice. ‘Jij hebt geen faalangst, jij hebt een concentratieprobleem.’ Ze nam de pedalen over en gooide de lesauto voor de leeuwen in de Kinkerstraat.

‘Denk je dat ik Ritalin moet slikken?’ vroeg Nora op de Baarsjesweg. Ze bediende de pedalen weer zelf. Eenrichtingsverkeer was te overzien.

‘Het helpt om te leren rijden,’ zei de rijinstructrice. ‘Tot het vanzelf gaat en je alleen op het verkeer hoeft te letten. Net als nu op de fiets.’

Nora keek naar de achterkant van een verkeersbord. In zwarte letters was er iets opgeschreven. ‘Schaamlipcorrectie is niet sexy,’ las ze hardop.

De rijinstructrice rukte aan het stuur. Bijna waren ze de gracht ingereden. Op het kruispunt bij de Overtoom mocht Nora alleen sturen. Net als in een botsauto maar dan zonder te botsen.

‘Jij hebt toch een minnaar die zaad doneert?’ vroeg de rijinstructrice die geen geluk had gehad in de liefde.

‘Ja dat beweert hij,’ zei Nora. ‘Hij heet Arman.’

‘En hij komt uit Iran?’

‘Zelf noemt hij het Perzië,’ zei Nora. ‘Maar hij is joods. Een joods jongetje dat sperma doneert. Zaad zonder verplichtingen.’

‘Lijkt hij op een Turk?’

Nora dacht na. ‘Hij lijkt op iemand uit Iran.’

‘Nou dan.’

 

(Elke woensdagmiddag een nieuw avontuur, rond de klok van twaalf uur.)