ADE 2017/1: Klam

‘Je doet niets!’ schreeuwde Jasmijn tegen haar moeder. ‘Sta op!’

Mickey had Nora omver geblazen. Als een kaartenhuis was haar zelfbeeld ineengestort. Het gekleurde rietje waar hij ketamine mee snoof, was de laatste strohalm waar het bouwwerk op had gesteund. Nora zag zichzelf liggen op bed, bedolven onder de kaarten. Ze vond het een sterk beeld, mooi metaforisch ook. Met het beeld in haar gedachten was ze opgestaan. Ietwat afwezig zorgde ze voor haar dochter.

Uitgebreid opgemaakt en stijlvol gekleed fietste ze naar haar werk ’s ochtends. Ze voelde zich een lege huls, maar wel een met mooie kleren aan. Het werk sleepte haar door de week. Ze voerde gesprekken met mensen die echte problemen hadden. De problemen van anderen sterkten haar. Ze had een paar zwakke momenten. Op Facebook begluurde ze Mickey. Hij leek nergens last van te hebben en feestte erop los. Ze nam zich voor minder te mindfucken en meer te masturberen.

Eten lukte niet. Ze at alleen kauwgom. Van niet eten ging een mens uit de mond ruiken, en ook een beetje zweten. De breuk deed haar slinken, geen beter dieet dan liefdesleed. Aan het eind van de week paste ze een jurk die altijd te strak had gezeten, turquoise van kleur, dezelfde kleur als haar ogen.

Ze droeg de jurk naar het Amsterdam Dance Event. Tommie had kaartjes gekocht voor Club NYX. Ze kon niet bij de rits op haar rug. Tommie fikste de rits bij hem thuis. Soepeltjes gleden de ijzeren tandjes in elkaar.

‘Hij zit als gegoten,’ zei Tommie. ‘Wat ben je slank.’

Mooi, had Nora gedacht, hoe de natuur toch altijd haar werk weer doet.

‘Maar wat is er met je wang?’ vroeg hij. ‘Links is je wang dikker.’

‘Het is de botox,’ zei ze. ‘Die klontert samen.’

Er zat kauwgom verstopt in haar wang. Met haar tong wipte ze de kauwgom los. Ze liet hem de kauwgom zien op haar tong.

‘Ik had het allang gezien,’ lachte Tommie.

Hij voerde haar speklapjes met sperziebonen, een bodempje voor de drugs. De dealer was in aantocht. Door de drukte met ADE was dealer Pete Pillie overbelast. Piet Paaltjes was gelukkig wel operationeel. Bij hem was het bovendien happy hour. Dertien Amsterdamse paaltjes verkocht hij hen, voor de prijs van tien.

Tommie nam een cocktail na het eten, een paracetamol met een paaltje. Hij was door zijn rug gegaan op de racefiets. Uren had hij gestrekt op de bank gelegen, niet bij machte zijn zeemleren broek uit te trekken. Volgens Tommie was de pijn inmiddels goed te doen en het paracetamolletje preventief. Hij bestelde een Uber.

Jasmijn was onder de pannen bij opa en oma. Mama mocht aan de pillen. Ze beet een brok van een paaltje. De kop was eraf.

In het centrum wapperden zwart-gele ADE vlaggen hun tegemoet. In haar buik straalde een aangenaam warme gloed. Ze pakte Tommies hand in de taxi. Plotseling vond ze hem onweerstaanbaar.

Tommie glimlachte naar haar. ‘Doe maar niet,’ zei hij. ‘Je handen zijn nogal klam.’

 

(Elke woensdagmiddag een nieuw avontuur, rond de klok van twaalf uur.)